Bart Peeters: “Ik herken me helemaal in een passie die je tot het uiterste drijft.”

Al tien jaar vervult Bart Peeters een ambassadeursrol voor Artsen Zonder Vakantie. De familie Peeters is de organisatie genegen. Zijn broer Stijn zetelde in de algemene vergadering. De zanger en zijn gezin doen al het mogelijke om de volgspot te richten op het ongelooflijke engagement van alle vrijwilligers. Dat zijn mensen die spijt hebben dat […]

Al tien jaar vervult Bart Peeters een ambassadeursrol voor Artsen Zonder Vakantie. De familie Peeters is de organisatie genegen. Zijn broer Stijn zetelde in de algemene vergadering. De zanger en zijn gezin doen al het mogelijke om de volgspot te richten op het ongelooflijke engagement van alle vrijwilligers.

Dat zijn mensen die spijt hebben dat er maar 24 uur in een dag zijn.

Medische supersterren

De ambassadeursrol neemt hij ter harte. Zo organiseerde hij een toer rond verschillende middelbare scholen om jongeren te sensibiliseren rond het werk van Artsen Zonder Vakantie. Hij schonk een aanzienlijk bedrag via de quiz ‘De allesweter’ op één en sprak vorig jaar nog een radiospot in. Maar wat de meeste sporen nalaat, is zijn persoonlijk bezoek aan afgelegen hospitalen in Rwanda met zijn gezin in 2011. “Daar merkte ik hoe bevlogen onze Belgische artsen en verpleegkundigen zijn. Ze zijn hier al een soort medische supersterren die dan na een jaar keihard werken een deel van hun vakantie inzetten om als vrijwilliger in Afrikaanse ziekenhuizen te werken én hun knowhow door te geven. Dat zijn allemaal mensen die spijt hebben dat er maar 24 uur in een dag zijn. Toen besefte ik dat er nog zo’n zotten rondlopen zoals ik.” lacht hij, zich herkennend in een passie die je tot het uiterste drijft.

Bevallen met veertig tegelijk

De materniteit was de afdeling die het meeste indruk maakte op zijn vrouw en dochters. “Ik mocht daar niet binnen, wat begrijpelijk is. Onze ziekenhuizen met hun aparte kamers lijken wel paleizen tegenover die grote zalen waarin de vrouwen bevallen, soms met veertig tegelijk. Dat is hallucinant. Ze nemen hun moeders en tantes mee naar de bevalling. Op het eerste gezicht lijkt het een heuse markt.”

Hoop en levensmoed

Zijn bewondering voor Afrikaanse gezondheidswerkers en onze Belgische vrijwilligers is groot. Het strafste vindt hij vooral hoe kennisuitwisseling ervoor zorgt dat de lokale gezondheidszorg verder evolueert. “Ze zijn groots in iets groots met weinig middelen. Lokale generalisten worden bijgeschoold tot specialisten. Onze eigen specialisten werken hun hele leven in één domein maar in Rwanda moet je veelzijdig zijn. Dat is toch wonderlijk. Rwanda is een geteisterd land maar wat ik daar vooral voelde, waren hoop en levensmoed. De mensen waren zo blij met iets klein. Zoals bijvoorbeeld een kind dat blij is met zijn prothese, niet omdat het de sjiekste is van de wereld maar omdat zijn leven is gered; omdat hij terug kan lopen.”

Garantie op goede resultaten

“Ik ben een dorpsjongen uit Boechout waar toevallig elk jaar de wereld langskwam tijdens Sfinks festival. Die muzikanten hadden geen instrumenten bij dus leende ik mijn gitaren en drumstel regelmatig uit. Dat was mijn eerste contact met Afrika. Ik ben sindsdien altijd manieren blijven zoeken om in contact te blijven met de wereld om van daaruit liedjes te maken.

Door de coronacrisis beseffen we nu pas hoe belangrijk gezondheidszorg voor ons is. In bepaalde gebieden van Rwanda worden mensen bedreigd door grotere gevaren dan corona. Ook de genocide voel je daar tot op vandaag nog steeds. Dus ik denk dat we op microschaal moeten ingrijpen. Dan ga ik liefst in zee met een organisatie waarvan ik garanties heb dat ze goede resultaten levert. En dat is voor mij zonder twijfel het geval bij Artsen Zonder Vakantie.”

Tekst : Ann Palmers

Help onze Afrikaanse collega’s om noodzakelijke medische zorg toegankelijk te maken.